Brandpreventie

Wat te doen om brand te voorkomen

Brand in uw woning of ergens anders in onze Binnenhoftoren, daar zit niemand op te wachten. Natuurlijk hopen we dat het nooit zal gebeuren. We kunnen zelf ook veel doen (en laten) om te helpen brand te voorkomen. Zorg bijvoorbeeld altijd voor een brandblusser in uw woning (een schuimsproeier is het veiligst). Hieronder vindt u nog meer nuttige tips:

In uw woning

  • Afzuigkap: vet in de afzuigkap kan vlam vatten. Controleer het filter regelmatig – voor uw eigen veiligheid – en reinig of vervang het waar nodig.
  • Binnendeuren: sluit deze altijd wanneer u gaat slapen of wanneer u de woning verlaat. Een eventuele brand verspreidt zich dan minder snel.
  • Elektrische apparaten: houd wasdrogers, magnetrons, elektrische ovens, computers vrij van stof. Deze apparaten worden warm bij gebruik en opgehoopt stof vergroot de kans op brand.
  • Elektrische deken: kan door kortsluiting of oververhitting brand veroor-zaken. Gebruik die dus altijd volgens de gebruiksaanwijzing. En als u hem niet gebruikt, berg de deken dan opgerold op en niet opgevouwen. Opvouwen kan de bedrading beschadigen.
  • Halogeenverlichting: wordt warm bij gebruik. Houd deze daarom uit de buurt van brandbaar materiaal en schakel ze uit als u weggaat.
  • Kaarsen of waxinelichtjes: plaats ze niet te dicht bij elkaar en nooit in de buurt van brandbaar materiaal, zoals gordijnen of tafelkleden. Zorg ervoor dat ze in een niet-brandbare houder of op een niet-brandbare ondergrond staan. Blaas ze uit als u de woning verlaat.
  • Koken: loop nooit zomaar weg tijdens het koken (bijv. als de bel of telefoon gaat). Zet de kookplaat uit of haal de pan eraf. Een pan kan droogkoken of te heet worden en dan vlam vatten. Of de vlam kan in de pan slaan, ook wanneer u niet op gas kookt.
  • Looproute naar de voordeur: zorg ervoor dat deze zo veel mogelijk vrij is van obstakels, want die kunnen u bij rookontwikkeling ernstig hinderen als u snel de woning moet verlaten.
  • Meterkast: gebruik deze niet als berging. Bewaar er geen brandbare materialen, dus ook geen (schoen)poetsdoeken e.d. Bij brand door kortsluiting in de meterkast kunnen deze de brand versnellen. Bovendien moet u ook bij de hoofdkranen kunnen.
  • Mobiele apparaten: laad telefoons, laptops, tablets, maar ook uw scootmobiel, alleen op als u thuis en wakker bent, nooit ’s nachts als u slaapt. Batterijen kunnen ontbranden als ze worden overladen of er kan kortsluiting ontstaan. En een lithium-ion batterij (bijv. van uw smartphone of elektrische fiets) kan bij verkeerd gebruik instabiel worden en ontbranden of ontploffen.
  • Onweer: trek bij onweer de stekker uit uw elektrische apparaten, zoals tv, computer, audioapparatuur. Bij blikseminslag kan door kortsluiting brand ontstaan. Doe dit ook wanneer u langdurig afwezig bent.
  • Roken: leeg uw asbak niet te snel; op z’n vroegst een kwartier na het uitdoen van de laatste sigaret. En pas op met roken op plekken waar u in slaap kunt vallen. Roken in bed is een veel voorkomende oorzaak van (fatale) woningbranden.
  • Sleutels: bewaar uw huissleutel op een vaste plek, zodat u die meteen kunt vinden wanneer u snel de woning moet verlaten. Want na afloop van het incident moet u ook de woning weer in kunnen.
  • Snoeren/kabelhaspels: gebruik zo min mogelijk verlengsnoeren. Controleer losse snoeren regelmatig op beschadigingen en leg ze niet onder een tapijt of mat. Rol kabelhaspels altijd helemaal uit vóór gebruik. Opgerold kunnen ze oververhit raken en brand veroorzaken.
  • Stekkerdozen: gebruik alleen goedgekeurde, niet-beschadigde exemplaren en verbind ze niet zomaar onderling met elkaar. Te veel stekkerdozen op één groep kan overbelasting veroorzaken met brand als gevolg.
  • Strijkijzer: laat een aangesloten strijkijzer nooit onbewaakt achter.
  • Wasdroger: maak het filter schoon na elke droogbeurt. Laat de droger nooit draaien wanneer u slaapt of niet thuis bent. Een elektrische wasdroger is een belangrijke veroorzaker van brand.
  • Zekeringen: zijn de stoppen doorgeslagen? Ga dan na welk apparaat de oorzaak is en vraag de huismeester om advies. Indien nodig: laat het apparaat repareren door een vakman of vervang het.

Buiten uw woning

  • Deuren trappenhuizen: de deuren van de twee trappenhuizen dienen altijd gesloten te zijn. Zo kan rook er minder snel binnenkomen.
  • Obstakels: zorg ervoor dat de hal, gangen en beide trappenhuizen leeg zijn, zodat er bij rookontwikkeling niets is dat de vlucht kan belemmeren.