De Rotte

(door Wim Heistek)

De Rotte is een veenrivier, ontstaan als een natuurlijke afwatering van het veengebied. De bron van de rivier ligt in Moerkapelle, sinds 2010 deel uitmakend van de gemeente Zuidplas. Zoals de foto laat zien, is het eerste deel een smal stuk water met erlangs een dijk, uiteraard genaamd Rottedijk. Ter hoogte van het President Wilsonpad in Ommoord stroomt de Rotte het Rotterdams grondgebied binnen. Momenteel ligt het einde van de Rotte bij de stadsdriehoek van Rotterdam, oorspronkelijk was dat bij de Oude Haven, bij velen misschien beter bekend als Plan C.

De Rotte heeft door de eeuwen heen een uitermate belangrijke functie: die van een boezem, anders gezegd een soort ‘verzamelbak’, waarin de aan de Rotte gelegen polders hun overtollige water afvoeren. Dit gebeurt onder beheer van het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

Een feitje dat bij iedereen toch wel bekend zal zijn: Rotterdam dankt zijn ontstaan en zijn naam aan de Rotte. In 1270 werd een dam geplaatst, de Rotte-dam. De 400 meter lange dam ligt onder de grond op de plek waar nu de Hoogstraat loopt.

Via de Rotte naar de Oude Rijn

Impressie van de Rotte in 1692 met op de achtergrond de Grote of Sint Laurenskerk in Rotterdam. (naar een schilderij van Jan Sonjé)

In feite is de Rotte richting de oorsprong nu een ‘doodlopende’ rivier, maar dat was vroeger anders. Waarschijnlijk al in de Romeinse tijd stond de Rotte via het riviertje de Wilck in verbinding met de Oude Rijn. Komende vanuit Rotterdam voeren de schepen de Rotte op tot aan de Hildam, vandaar via de Wilck naar de Oude Rijn en zo verder. Naar verluidt zijn in 1574 een aantal schepen via deze route richting Leiden gevaren om te helpen bij het ontzetten van die door de Spanjaarden bezette stad. In 1759 werd de Wilck drooggelegd en eindigde deze verbinding.

Elke polder een verlaat

Elke polder had een eigen toegang naar de Rotte door middel van een sluis, een verlaat geheten. In de naast Ommoord gelegen Wollefoppenpolder kwam een verlaat dat de bijzondere naam Sootjevis kreeg, vermoedelijk omdat hier vis werd verkocht. Velen van u zullen het punt waar dit verlaat lag weleens zijn gepasseerd, met de fiets of lopend. Het ligt op de plek waar de Vlietkade en Rottekade samenkomen. De naam van de buurtschap Oud-Verlaat duidt op de daar vroeger gelegen sluis. De omgeving op bovenstaande – waarschijnlijk in de jaren vijftig gemaakte – foto uit het HVPA-archief is niet eens zo veel veranderd. Misschien een leuk feitje: de naam leeft nog voort in Zevenhuizen waar het uit alleen dames bestaande shantykoor zich heeft genoemd Viswijvenkoor Sootjevisch.

Transport over de Rotte
In de tijden dat er nog turf werd gestoken, werd deze met turfschuiten afgevoerd richting Rotterdam. Dat gebeurde via het hiervoor genoemde verlaat of het bij Terbregge gelegen Ommoords Verlaat. Maar ook na het turftijdperk bleven boeren uit de omgeving gebruikmaken van de Rotte als verkeersader. Zo was er tot 1861 in Rotterdam een haven met de welsprekende naam Karnemelkhaven, genoemd naar de zuivelproducten die de boeren over de Rotte naar de stad vervoerden. Maar niet alleen producten werden vervoerd; vanaf 1832 werden bijvoorbeeld doden naar begraafplaats Crooswijk vervoerd die speciaal daarvoor een ingang aan de Rotte had.

Ook in de Tweede Wereldoorlog was de Rotte vanuit de stad een handige verbinding met het platteland. De Duitsers maakten er gebruik van, maar ook de geallieerden en verzetsleden wisten de Rotte te vinden. Zo dropten de geallieerden wapens bij Bleiswijk, die vervolgens via de Rotte naar Rotterdam werden gebracht. Verzetsstrijders maakten hierbij gebruik van veilingschuiten waarin de wapens verborgen werden onder de luiken. Aan het einde van de oorlog, na de strenge hongerwinter, waren er de voedseldroppings. De weilanden bij Terbregge en Ommoord waren uitermate geschikt voor deze droppings, vooral vanwege de aangrenzende Rotte. Via de Rotte werd het voedsel op tuindersschuiten naar het centrum van Rotterdam gebracht.

Tegenwoordig is de Rotte onderdeel van de vaarweg van Rotterdam binnendoor naar Gouda, waardoor vooral kleine pleziervaartuigen de drukke Nieuwe Maas kunnen vermijden.

Recreatie in het gebied van de Rotte

Het gebied van de Rotte werd steeds meer een bron van recreatie. Er kan worden geroeid, gezeild, gefietst, gewandeld en gevaren met plezierjachten en sloepen. Met zijn totale lengte van 18 kilometer werd het een aantrekkelijke rivier voor Rotterdammers die even aan het stadsleven wilden ontsnappen. Enige jaren geleden, toen het nog weleens goed vroor, was de Rotte relatief snel dichtgevroren en kon men prachtige tochten op de schaats maken. Daar vond het ijsvermaak voor de Ommoorders plaats; vanuit welhaast elke wijk was het niet ver lopen of fietsen om op het ijs te komen.

Het recreatiegebied Rottemeren werd aangelegd in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw, met onder meer het Lage en Hoge Bergse Bos. De Zevenhuizerplas werd gegraven om zand te winnen voor nieuwbouwwijken als Zevenkamp en Nesselande.

31.01.2021

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.