Ommoord al voor onze jaartelling bewoond

(door Wim Heistek)

Waar mensen leven laten zij hun sporen achter, ook als dat honderden of zelfs duizenden jaren geleden was. Deze sporen zijn vooral in de bodem bewaard gebleven, soms vele meters diep. Met een paar voorbeelden van archeologische vondsten in Ommoord en naaste omgeving kan worden aangetoond dat het gebied waar wij nu wonen al vele eeuwen geleden werd bewoond.

Boomstamkano uit Vroege IJzertijd
In april 1920 was boer Romein bezig een sloot te graven op zijn land tussen Terbregge en Ommoord. Op een diepte van ongeveer 1,70 meter stuitte hij op bewerkt hout dat op het eerste gezicht leek op een vaartuig. Het bleek te gaan om een boomstamkano van 9 meter lang en 76 cm breed, vervaardigd uit één eikenstam. Men stelde vast dat de kano tegen de kant van een vroegere kreek lag op ongeveer 200 meter uit de oever van de Rotte. Daaruit zou kunnen worden opgemaakt dat de Rotte vroeger zijtakken had. Pogingen om de kano te behouden mislukten helaas en er restten nog maar een paar kleine delen. Nieuwere onderzoeksmethoden toonden aan dat de kano stamde uit de Vroege IJzertijd en dus minstens 2500 jaar oud was.

Boer Romein bij de resten van de op zijn land gevonden boomstamkano.
Opgraving in het Terbregse Veld. Op de achtergrond de gebouwen van Te Hoogerbrugge aan de Varenhof.

Gebruiksvoorwerpen uit de Late IJzertijd
Een in 1991 door het Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam uitgevoerd onderzoek wees uit dat zich in de ondergrond van het Terbregse Veld een nederzetting uit de Late IJzertijd (250 v. Chr.-12 v. Chr.) moet hebben bevonden. Blootgelegd werden onder andere een uit klei en scherven opgebouwde haardplaats, resten van aardewerk, een aantal aangepunte paaltjes, botten van meerdere dieren en een metalen mantelspeld. De hoeveelheid en soort gevonden voorwerpen toonden aan dat het hier een relatief langdurig gebruik van een boerderij betrof, wellicht zelfs van meerdere boerderijen.

Ook de Romeinen waren in de buurt
In de wijde omgeving van Rotterdam zijn bij opgravingen bewijzen gevonden van Romeinse aanwezigheid in de periode van 12 v. Chr. tot ongeveer 300 n. Chr. Ook in het gebied van de huidige Prins Alexanderpolder hielden zij zich op. Zo werd in de Rotte een knop gevonden van een Romeins schild en in Capelle aan den IJssel een goed geconserveerde Romeinse munt, scherven van Romeins aardewerk en de resten van drie houten duikers.

Het Ommoordse Veld gaf eeuwenoude geheimen prijs
Michika Takahashi, inwoonster van Ommoord met een grote belangstelling voor geschiedenis en archeologie, zag op een historische kaart uit 1660 een huis staan in de bocht van de Rotte ter hoogte van het Ommoordse Veld. Tijdens onderzoek ter plaatse in 2011 vond zij op een gegeven moment aan de kant van een sloot scherven van potten en flessen, delen van kruiken en stukjes daklei uit de 16e en 17e eeuw; één scherf bleek zelfs uit de 13e eeuw te zijn. Dit alles geeft niet alleen een mooi beeld van gebruiksvoorwerpen uit vroeger eeuwen, maar biedt ook een fascinerende inkijk in de bewoningsgeschiedenis van Ommoord in vroeger tijden.

Met de droogmaking van de polder werd hier wellicht een afwateringssloot aangelegd, waarna het afval aan de kant van de sloot geraakte. Om dus in 2011 weer boven de grond gebracht te worden! Zo ligt de geschiedenis van Ommoord letterlijk voor het opscheppen.

Scherf van getijgerde Rijnlandse baardmankruik uit de 17e eeuw

2.10.2020